Inhoudsopgave
Genetica is een wetenschap die geïntegreerd is in de biologie en waarvan het hoofddoel is om de overdracht van de eigenschappen van levende wezens naar hun nakomelingen te begrijpen door de aspecten van erfelijkheid te onderzoeken. In deze zin is het belangrijk om sommige concepten beter te begrijpen, zoals het verschil tussen fenotype en genotype.
Over het algemeen zijn deze definities fundamenteel voor het begrijpen van het fenomeen erfelijkheid, zowel in het aspect van fysieke observatie als in meer specifieke onderzoeken zoals DNA-tests en bloedtesten. Door middel van voorbeelden kun je leren van een eenvoudige uitleg. Hieronder vind je meer informatie:
Wat is het verschil tussen fenotype en genotype?
1) Wat is genotype?
Ten eerste is genotype een term die gebruikt wordt om de genetische samenstelling van een individu te definiëren. De term werd oorspronkelijk bedacht door de Deense botanicus, fysioloog en geneticus Wilhelm Johannsen in 1903.
Zie ook: 9 banen met een goed salaris waarvoor je geen diploma nodig hebtDaarom kan men dit concept vereenvoudigen door de som te nemen van alle genen die in een levend wezen aanwezig zijn. Een manier om dit proces te begrijpen is door gebruik te maken van de erwten die bestudeerd werden door Gregor Mendel, de vader van de genetica.
Bij die gelegenheid analyseerde hij verschillende eigenschappen, waaronder zaadkleur, die geel of groen kon zijn. In dit geval hadden groene erwten twee recessieve allelen, terwijl gele erwten twee dominante allelen hadden, of één dominant en één recessief allel.
Dus toen Mendel dacht aan de allelaspecten, verwees hij naar de genetische samenstelling van de erwten, het genotype. Over het algemeen is het genotype het deel dat zelden verandert en dit staat bekend als mutaties, omdat ze de genetische samenstelling van een individu direct veranderen.
Genmutaties worden op hun beurt gedefinieerd als veranderingen in de DNA-sequentie die kunnen gaan van een enkele nucleotide tot enkele basenparen binnen de genetische achtergrond. Dit biologische fenomeen kan spontaan optreden door fouten die worden veroorzaakt bij de replicatie van DNA.
Zie ook: Ranglijst: VN bepaalt de 10 beste steden in Brazilië om in te wonenHet kan echter worden veroorzaakt door mutagenen zoals straling of chemicaliën, zoals heterochromie, waardoor de ogen verschillende kleuren hebben, het syndroom van Down en cystische fibrose.
2) Wat is fenotype?
Het fenotype daarentegen verwijst naar de waarneembare uitdrukking van een genotype. Het omvat dus morfologische, fysiologische, biochemische of zelfs moleculaire aspecten. In het geval van de erwten van Mendel is de groene of gele eigenschap een fenotype omdat het een waarneembaar kenmerk is.
Andere voorbeelden zijn de kleur van iemands ogen, de vorm van de vacht van een dier, de hoogte van een boom of de textuur van het haar van een kind. Er zijn echter ook fenotypes die niet met het blote oog waarneembaar zijn, zoals de hierboven genoemde gevallen, zoals bloedgroep.
In alle gevallen is het fenotype het resultaat van de interactie tussen het genotype van een levend wezen en de omgeving waarin het zich bevindt. Om dit te begrijpen, kan men denken aan huidskleur.
Iemand met een lichte huid heeft deze eigenschap door de genetische combinatie van zijn ouders, maar blootstelling aan de zon kan de huid donkerder of roder maken door een verhoogde melanineproductie. Later kan de tint vervagen en terugkeren naar wat het eerder was.
Met andere woorden, hoewel blootstelling aan de zon de huidskleur verandert, heeft dit geen invloed op de oorspronkelijke aard van de huid van het individu. Op deze manier kan de omgeving het fenotype van een individu beïnvloeden, maar verandert het niet het genotype.
Tot slot is het verschil tussen fenotype en genotype dat genotype verwijst naar de informatie die aanwezig is in het DNA van het individu. Fenotype daarentegen is de combinatie van genotype en omgeving, gedefinieerd als de waarneembare kenmerken in het levende wezen.